De kraamtijd
Je bent net bevallen en hebt dus een enorme prestatie geleverd! Of de bevalling nu vlot verliep of het juist meer tijd dan gehoopt en/of verwacht in beslag nam, je lichaam en hoofd moeten na deze flinke krachtsinspanning en enorm bijzondere ervaring echt herstellen. Dit herstel heeft tijd en ruimte nodig.
Je bent bevallen!
De kraamweek (die direct op de dag van de geboorte van jullie kindje begint en 8-10 dagen duurt) is bij uitstek geschikt om je lichaam rust te gunnen en voor de eerste verwerking van je ervaringen en gedachten rondom de bevalling. Dit omdat in deze week de kraamverzorgende in jullie huis aanwezig is om je bij allerlei zaken te ondersteunen en begeleiden, maar ook om je dingen, zoals een deel van het huishouden, uit handen te nemen. Tevens kan zij als geen ander die broodnodige rust en slaap bewaken.
De kraamverzorgende
De kraamverzorgende zal in deze week zorgen voor jou, je baby en je partner. Ze helpt je bij het leren geven van borstvoeding of kunstvoeding, ze leert jullie hoe je je kindje (draaiend) verzorgt en baddert. Ze laat jullie, indien gewenst, kennismaken met babymassagetechnieken (https://www.youtube.com/watch?v=JNE3CJsCrpk&ab_channel=NavivaKraamzorg) en de Dunstan babytaal (https://www.babytaal.nl/). Ze bewaakt en bevordert het hechtingsproces tussen jullie en je baby, reguleert de kraamvisite en daarnaast verricht ze ook nog eens allerlei kleine huishoudelijke taken (zoals zorgen voor eten en drinken voor jou en je partner, wasjes wegwerken en het schoonhouden van o.a. de badkamer en het toilet).
De kraamperiode
Na deze eerste week begint de rest van de kraamperiode, die ongeveer 6 weken duurt. Hierin herstelt je lijf voor het grootste gedeelte op eigen kracht van de zwangerschap en de bevalling.
- De baarmoeder zakt steeds dieper in het bekken om vervolgens na 6 weken weer ongeveer vuistgrootte te zijn.
- Het bloedverlies wordt steeds minder en donkerder en stopt vervolgens na een aantal weken.
- De melkproductie raakt meer en meer afgestemd op de behoefte van je kindje, waardoor je steeds minder last zult hebben van je borsten.
- Als je een scheurtje of knip hebt, zal de wond in deze periode genezen en eventuele hechtingen lossen op in het lichaam of kunnen verwijderd worden na minimaal 5 dagen na de geboorte. Het kan zeker langer dan 6 weken duren voordat het perineum (huid tussen vagina en anus) en de vagina weer aanvoelen ‘als vanouds’. Geef dit tijd, maar trek ook zeker aan de bel als je twijfelt over het genezingsproces.
- De bekkenbodemspieren hebben tijd nodig om weer goed en krachtig te functioneren. Dat betekent dus, dat je in het begin last kunt hebben van incontinentieklachten. Veel klachten gaan geleidelijk over, maar bij blijvende klachten of een stagnatie in de verbetering ervan, is het raadzaam om een fysiotherapeut te benaderen en te beginnen met bekkenbodemoefeningen.
- De buikspieren, die moesten wijken voor de groeiende baarmoeder tijdens de zwangerschap, zijn over het algemeen weer gesloten na 6 weken. We kunnen dit controleren bij de nacontrole, maar je kunt ook een fysiotherapeut hiervoor raadplegen.
Kraamvisite
Kraamvisite ontvangen kan iets zijn waar jullie echt niet op zitten te wachten met de gebroken nachten, een vermoeid lichaam na de bevalling en een rollercoaster van emoties waar jullie je in bevinden met een pasgeborene. Bedenk dus altijd dat de gezondheid van jullie baby en die van jou belangrijker is dan kraamvisite. Houd het ontvangen van kraamvisite leuk en gemakkelijk voor jezelf met deze tips!
Tip 1: Laat het eerste kraambezoek alleen mensen zijn die dichtbij jullie staan en waarbij jullie je op je gemak voelen. Zij zullen het meeste begrijpen en respecteren dat je nu fysiek écht niet op je best bent. Alleen naaste familie dus, verre vrienden kun je beter op een wat later moment laten komen.
Tip 2: Beperk de kraamvisite de eerste paar dagen. De eerste paar dagen zijn namelijk cruciaal voor jouw herstel en het hechtingsproces met de baby. Zeker wanneer je borstvoeding geeft, wil je de eerste dagen liever niet gestoord worden door kraambezoek. Het enige waarop jij gefocust zal zijn is op uitrusten, het leren kennen van jullie baby, voeden en nog meer uitrusten.
Tip 3: Een geboortekaartje zien veel mensen als uitnodiging om op bezoek te komen. Stuur dus pas het kaartje de deur uit als jullie klaar zijn om bezoek te ontvangen. Of zet expliciet op het geboortekaartje vanaf wanneer jullie bereid zijn kraamvisite te ontvangen.
Tip 4: Geef van tevoren een tijdstip en maximale tijdsduur aan. Zo weet je kraamvisite precies wanneer ze langs kunnen komen zonder jullie tot last te zijn. Dan kun jij op jouw vaste tijdstippen uitrusten en jullie baby voeden. Ook weten ze dan dat je liever niet hebt dat ze de hele dag blijven hangen.
Tip 5: Laat je kraamverzorgende, partner of familielid helpen bij het ontvangen van de visite. Zij kunnen helpen met het serveren van koffie, thee en beschuit met muisjes terwijl jij bij jullie kindje blijft zitten of liggen en rustig kunt blijven.
Tip 6: Laat niet te veel jonge kinderen op kraambezoek komen. Dan wordt het al gauw veel te druk voor jullie en je baby. Laat ook geen zieke mensen binnen.
Tip 7: Zorg ervoor dat al het kraambezoek dat jullie baby gaat vasthouden zijn handen van tevoren wast. Het beste is echter om je kindje niet van hand op hand te laten gaan, dit zijn veel prikkels voor een baby die hij/zij vaak later op de dag zal moeten verwerken. Laat hem/haar lekker in jouw armen liggen of die van je partner, of in het bedje.
Tip 8: Twijfel er niet over je kraambezoek om wat hulp te vragen. Zij kunnen gerust een boodschapje meenemen onderweg. Vraag ook om hulp van je kraamverzorgende om in te grijpen wanneer het wat te druk voor jullie wordt met de visite, maar jullie hier zelf niets van willen of kunnen zeggen.
Vitamine K en D
Pasgeboren baby’s hebben zelf nog niet genoeg darmbacteriën (vitamine K wordt aangemaakt in de dikke darm) om vitamine K aan te maken. Deze vitamine is erg belangrijk voor een goede bloedstolling, wat het risico op een ernstige bloedingen in de hersenen verkleint. Hierom wordt sterk aangeraden jullie kindje vanaf dag 8 van zijn leven extra vitamine K te geven tot hij 13 weken oud is. Dit doe je als je borstvoeding geeft of minder dan 500 ml kunstvoeding.
Nb: als jullie kindje prematuur, dus voor 37 weken, geboren is, dan geef je vitamine K bij tot 13 weken na de uitgerekende datum (in plaats van tot 13 weken na de geboorte).
Vitamine D kan onze huid aanmaken onder invloed van zonlicht. Vitamine D zorgt ervoor dat calcium goed wordt opgenomen in de botten, en zorgt het voor een verhoogde weerstand, sterke tanden en een goede spierfunctie. Voor kinderen en baby’s tot 4 jaar wordt geadviseerd extra vitamine D te slikken, omdat zij dit nog onvoldoende uit voeding en zonlicht halen. Dit is ongeacht of je je baby nu borstvoeding of kunstvoeding geeft.
Naweeën
Naweeën zijn er niet voor niets. Ze zorgen ervoor dat de baarmoeder snel krimpt en dat je minder vloeit. Borstvoeding versterkt het gevoel van naweeën. De naweeën zullen na een paar dagen minder worden en verdwijnen. Vaak heb je na een eerste bevalling weinig tot geen naweeën. Na een tweede of derde bevalling kun je hier wel last van hebben. Elke 4-6 uur 1000 mg paracetamol nemen helpt vaak goed tegen de pijn die je ervan kunt hebben.
Stuwing
Stuwing is het volle gevoel in je borsten als je melkproductie op gang komt.
Tussen de tweede en zesde dag na de bevalling komt je melkproductie op gang. Dit merk je aan het voller worden van je borsten. Het lijkt of ze op springen staan: de (kraambed)stuwing. Het wordt veroorzaakt door verhoogde doorbloeding en toename van lymfevocht.
Normale stuwing
Veel vrouwen hebben last van stuwing, alhoewel er ook vrouwen zijn, die er nauwelijks iets van merken. Vaak voeden (10 tot 12 keer per etmaal), zorgt ervoor dat de stuwing met een paar dagen weer minder wordt.
Pijnlijke stuwing
Soms is de stuwing zo erg, dat je borsten hard en pijnlijk worden. Je borsten zijn warm, kloppend en pijnlijk gezwollen, soms tot in je oksel. De huid van je borst is strak gespannen en glanzend. Je kunt zelfs wat verhoging hebben, waardoor stuwing wel eens wordt verward met borstontsteking. Als je twijfelt of je een borstontsteking hebt, overleg dan met je verloskundige, lactatiekundige of huisarts. Als je weet hoe je met stuwing kunt omgaan, zal het in de meeste gevallen binnen 12 tot 48 uur verbeteren.
Behandeling van pijnlijke stuwing:
- Koude kompressen tussen de voedingen in kunnen verlichting geven bij zwelling en pijn. Plaats juist warme kompressen op je borst als je aanlegt; de warmte zorgt ervoor dat de vaten en klieren nog meer zullen verwijden en er dus meer doorstroming kan plaatsvinden.
- Je kunt een ontstekingsremmer of pijnstiller gebruiken.
- Vaak voeden, waarbij je baby zo lang aan de eerste borst drinkt als hij wil.
- Draag een goede (strakke), ondersteunende BH, maar wel het liefst zonder knellende beugel
- Drink genoeg! Een tip is om voordat je weer gaat voeden eerst zelf een glas of klein flesje leeg te drinken.
Afkolven
Stuwing kan een probleem zijn als je borsten zó gespannen zijn, dat je tepels vlak worden, waardoor je baby minder grip heeft op de borst. Het kan nodig zijn om voor het voeden wat melk af te kolven, zodat je borst minder gespannen is en je baby beter aan kan happen. Je hoeft niet bang te zijn dat een beetje melk afkolven de stuwing zal verergeren, maar doe het alleen als het nodig is. Als je baby daarna goed aan de borst kan drinken, zal dat juist helpen tegen stuwing.
Reverse pressure softening (RPS)
Als afkolven geen effect heeft op het zachter worden van je borsten en tepels kan het zijn dat de stuwing vooral veroorzaakt wordt door vocht. Je kunt dan je borst/tepelhof zachter maken door reverse pressure softening (RPS). RPS is een speciale druktechniek met de vingers, waarmee overtollig lymfevocht teruggeduwd wordt in de borst en de tepelhof zachter wordt.
Deze techniek gaat als volgt: druk met gebogen vingertoppen (nagels kortgeknipt) van beide handen tegelijkertijd de tepelhof net rondom de tepel in. Houd de druk één tot drie minuten vast. Herhaal dit net zolang tot de tepelhof zacht is. Laat je baby daarna meteen drinken. Zie illustratie.
Hielprik en gehoortest / Consultatiebureau
JGZ (Jeugdgezondheidszorg) wordt door de gemeente geïnformeerd over de geboorte van jullie kindje nadat je partner aangifte heeft gedaan. Zodoende komt de wijkverpleegkundige van het consultatiebureau in de eerste week na de geboorte (tussen dag 5 en dag 8) langs om de hielprik en de gehoortest te verrichten.
Bij de hielprik worden een paar druppels bloed afgenomen uit de hiel van jullie kindje. Een laboratorium onderzoekt dit bloed op een aantal ernstige, zeldzame, aangeboren ziektes. De ziektes zijn te behandelen, bijvoorbeeld met medicijnen of een dieet. Door de ziektes vroeg op te sporen kan de behandeling snel starten. Dit kan ernstige schade aan de ontwikkeling van je kind voorkomen.
Ook de gehoortest wordt meteen gedaan. Deze test onderzoekt of je kindje goed genoeg hoort om te leren praten. Nadat de kraamverzorgende de zorg op dag 8 na de geboorte heeft afgesloten, zal JGZ (Jeugdgezondheidszorg), waar het consultatiebureau onder valt, telefonisch contact met jullie opnemen om een intake bij jullie thuis af te spreken. Deze vindt meestal 2 weken na de geboorte plaats. Tijdens de afspraak zal zij jullie kindje wegen, eventuele zorgen of vragen met jullie doornemen en vertellen welke rol het consultatiebureau gaat spelen de komende jaren.
https://www.pns.nl/documenten/hielprik-en-gehoortest-bij-pasgeborenen
Bekkenbodem
Tijdlijn voor het herstel van het bekken en de bekkenbodem na de bevalling:
Na een zwangerschap en bevalling heeft het bekken en de bekkenbodem tijd nodig om te herstellen. Dit heeft onder andere te maken met het herstel van bindweefsel, weefsel dat aanwezig is in al onze spieren, pezen, banden maar ook in de botten. De hersteltijd kunnen we niet versnellen. Ook als je je heel goed voelt na de bevalling en als je helemaal geen klachten hebt in het bekken en de bekkenbodem moet je rekening houden met deze hersteltijd. Zo zorg je voor een goede opbouw in belasting, en voorkom je klachten door overbelasting en geef je je lichaam de kans om te herstellen.
Hoe lang je precies nodig hebt is natuurlijk afhankelijk van hoe je zwangerschap en bevalling zijn geweest.
Er zijn een paar punten die maken dat je over het algemeen wat langere hersteltijd nodig hebt dan wanneer deze punten niet op jou van toepassing zijn geweest:
- Baby groter dan 4000 gram bij geboorte
- Knip geplaatst of ‘uitgescheurd’
- Persfase langer dan 40 minuten of korter dan 10 minuten
- Letsel aan de sluitspier van de anus
- Bevalling middels vacuümpomp
- Bevalling middels keizersnede
Kenmerken van een zwakke bekkenbodem:
- Urineverlies
- Windjes niet kunnen inhouden
- Obstipatie en moeilijk naar de wc kunnen
- Tampons vallen eruit
- Pijn of oncomfortabel gevoel tijdens de seks
- Pijn in de onderrug
- Dikke buik
Kenmerken van een sterke bekkenbodem:
- Geen ongelukjes meer
- Controle over blaas en endeldarm
- Makkelijk naar de wc gaan
- Sterke vaginawanden
- Fijne seks
- Sterke rug, pijnloze heupen
- Platte buik
Dag 1-10 na de bevalling
Je bekkenbodem is tijdens de bevalling flink op rek gekomen. Het hele bekkenbodemgebied kan daardoor wat beurs aanvoelen. Soms voel je even niet goed meer wanneer je moet plassen en verlies je misschien urine. Je kunt het zien als een flinke sportblessure. In deze periode is het goed zoveel mogelijk rust te geven aan je bekken en bekkenbodem.
- Kom alleen uit bed om jezelf en jullie kindje te verzorgen; probeer daarbij traplopen tot een minimum te beperken.
- Let er bij dagelijks activiteiten zoals draaien in bed, overeind komen en lopen goed op dat je rustig naar je buik ademt; zet je adem niet vast.
- Zorg ervoor dat je met een lichte bolle rug op de wc zit als je gaat ontlasten en je niet hoeft te persen. Persen zorgt voor veel druk op de bekkenbodem en kan leiden tot vertraagd herstel.
- Houd je ontlasting soepel door voldoende te drinken en vezelrijk te eten. Blijft de ontlasting alsnog hard, bespreek dit dan met de verloskundige of de huisarts.
- Neem de tijd om te plassen, ga goed rechtop zitten en plas helemaal uit zonder te persen of de plas te onderbreken.
- Vanaf de 4e dag na de bevalling mag je beginnen met oefeningen voor de bekkenbodem. Zie hiervoor “bekkenoefeningen na de bevalling”. Blijf deze doen en bouw de oefeningen geleidelijk uit.
Is er mogelijk sprake van een totaal ruptuur dan is het verstandig om in dit stadium al contact te zoeken met een bekkenfysiotherapeut. Deze kan beoordelen of het litteken goed herstelt en of je mogelijk een aangepast oefenprogramma nodig hebt.
10 dagen tot 6 weken na de bevalling
Het eerste herstel van het bekken en bekkenbodem is ingezet, en je hebt alweer een beetje gevoel in deze spieren. Je baarmoeder is echter nog volop aan het slinken en je kunt nog flink vloeien. De treksterkte van het bindweefsel is 1 maand na de bevalling nog maar 10-20% van de oorspronkelijke waarde. Daarnaast kan borstvoeding behoorlijk wat energie van je vragen. Je belastbaarheid is dus nog laag.
- Span je bekkenbodem bewust aan net voor en tijdens buikdruk verhogende momenten zoals niezen, hoesten, lachen.
- Span je bekkenbodem actief aan als je je kindje optilt en draagt.
- Probeer niet meer te tillen dan het gewicht van je kindje.
- Span je dwarse buikspieren bewust aan voordat je verandert van houding zoals opstaan, gaan lopen en traplopen.
- Vergroot je algehele conditie met wandelen: kleine stukjes wandelen in eigen omgeving zonder klachten (pijn, zwaar gevoel of andere vervelende sensaties). Liever 2 keer per dag kort, dan 1 keer te lang. Als je weer op het zadel kan zitten, kan je ook proberen weer wat te fietsen.
- Het kan heel goed dat je wat spierpijn ervaart als je meer gaat belasten, maar deze spierpijn moet na 24 uur duidelijk afgenomen zijn. Let op: houdt de spierpijn langer aan of krijg je andere pijn dan spierpijn in de buik, de bekkenbodem of de bekkenregio na de belasting? Dan is de belasting te zwaar!
6 weken na de bevalling
Je baarmoeder is weer geslonken tot het oorspronkelijke formaat. Je hebt geen nabloedingen meer en in het geval van een keizersnede of (sub)totaalruptuur is het littekenweefsel zover hersteld dat je het langzaam mag gaan belasten.
- Je kunt nu gaan beginnen met een rustige opbouw van het uithoudingsvermogen de kracht en de coördinatie van de buik en bekkenregio.
- Er mag na trainen alleen sprake zijn spierpijn.
- De treksterkte van het bindweefsel is nog steeds minder dan 50% van de oorspronkelijke waarde; je bekkenbodem is daardoor zeker niet in staat belasting als springen en hardlopen op te vangen, ook als je je heel fit voelt! Door dit wel te doen riskeer je overbelasting en verminderd herstel.
- Borstvoeding vraagt veel energie. Houd er rekening mee dat je dus minder energie over hebt voor andere belasting.
- Start met trainen onder begeleiding van een trainer die ervaring heeft met vrouwen in de periode na de zwangerschap en bevalling.
- Overleg altijd met je trainer voordat je meer buikspieroefeningen toevoegt aan je programma.
- Je mag weer zwemmen als je niet meer vloeit, de hechtingen zijn opgelost en littekens dicht zijn.
3-4 maanden na de bevalling
Je hebt de basisbelastbaarheid van het bekken en de bekkenbodem weer een beetje op peil en veel vrouwen gaan nu weer aan het werk; het herstel is echter nog in volle gang. De trekkracht van de pezen in en rond het bekken en bekkenbodem is 9 maanden na de bevalling ongeveer 75% van de oorspronkelijke trekkracht. We kunnen stellen dat het lichaam zeker 9 maanden nodig heeft om te herstellen van een bevalling. Indien er sprake was van een keizersnede of een (sub)totaalruptuur is dit herstel nog zeker 6 weken vertraagd.
- Je mag weer lichte fitnessoefeningen gaan doen onder begeleiding van een professional.
- Bij krachttraining: begin met een laag gewicht en 20-30 herhalingen.
- Oefeningen als planken, schuine en rechte buikspieroefeningen en squats verhogen de buikdruk; span bij deze oefeningen altijd de bekkenbodem aan.
- Er mag na de training alleen sprake zijn van spierpijn.
- Oefen dagelijks de bekkenbodem, buik- en rugspieren.
- Je kunt weer meedoen met matig intensieve groepslessen zonder springvormen.
4-6 maanden na de bevalling / hardlopen
Voor gestart wordt met hardlopen is het advies 2-3 weken vooraf, 3 keer per week op stevig tempo te wandelen voor 30 minuten. Wanneer dit zonder klachten verloopt kan gestart worden met een hardloopschema. Begin met rustig dribbelen en bouw dit uit naar joggen maar alleen als de duurkracht van de bekkenbodem voldoende op het niveau is (= 3 series van 10 aanspanningen 10 tellen vast en 10 tellen los met steeds 1 minuut rust tussen de series).
6-9 maanden na de bevalling
Je belastbaarheid neemt steeds verder toe en je kunt langzaam de sport weer oppakken die je hebt gedaan voordat je zwanger was. Begin daarbij niet direct met competitie, maar start rustig bij de training.
- Gaan oefeningen met een hoge buikdruk goed dan kun je springen gaan proberen. In dat geval kan je ook weer meedoen met groepslessen van hogere intensiteit en met springvormen.- Gaat joggen goed, dan kun je uitbreiden met hoger tempo lopen en snelheidswisselingen.
- Gaat dit goed probeer dan stoppen, draaien en van richting veranderen toe te voegen in de training.
- Ook nu: na de training mag er alleen sprake zijn van spierpijn!
- Zorg voor een goede warming up en cooling down, en drink voldoende.
- Gewenste sportprogramma verder uitbreiden tot het gewenste niveau op geleide van klachten. Gemiddeld zijn goed getrainde vrouwen na 11 maanden weer op hun sportniveau zoals voor de zwangerschap.
Meer informatie over de bekkenbodem is ook te vinden op www.bekkenbodemonline.nl.
Thuis na een keizersnede
Na ongeveer 2-3 dagen kom je vanuit het ziekenhuis weer thuis. Daar zul je verder gaan herstellen. De tijd die nodig is voor het herstel, is na een keizersnede vaak langer dan na een vaginale bevalling. U bent niet alleen (opnieuw) moeder geworden maar daarnaast ook genezende van een operatie.
Seksualiteit
Ruim 80% van de vrouwen ervaart in de eerste drie maanden na de bevalling problemen op het gebied van seksualiteit en na een half jaar is dat nog ruim 60%. Vooral na een ruptuur of knip kan de seks pijnlijk zijn. Verder spelen het geven van borstvoeding, moeheid en stemmingswisselingen een rol. Het kan zijn dat de interesse voor seksualiteit minder is, omdat de zorg voor de baby de volledige aandacht opeist en veel van jullie energie en nachtrust vraagt. Door verlaagde hormoonspiegels na de bevalling kan de vagina droog worden. Het is dan extra belangrijk om meer tijd te nemen voor elkaar om seksueel opgewonden te raken en bijvoorbeeld glijmiddel erbij te gebruiken.
Er is geen exact tijdstip waarbij seks weer mogelijk is. Uit onderzoek blijkt dat van de (ondervraagde groep van) 800 vrouwen 32% gemeenschap heeft gehad binnen 6 weken na de bevalling en na een halfjaar bijna 90%.
Wel wordt aangeraden om in ieder geval te wachten met het hebben van seks tot het vloeien is opgehouden, in verband met het risico op een infectie.
De eerste keer geslachtsgemeenschap hebben na de bevalling kan heel spannend zijn. Doe hierin vooral wat voor jullie goed voelt en wacht totdat jullie er allebei weer klaar voor zijn. Doe bij pijn een stapje terug, zoek andere manieren om intiem met elkaar te zijn en probeer het op een later moment gewoon nog een keer. Blijft de pijn echter aanhouden of maak je je zorgen, neem dan contact op met de huisarts. Die kan je eventueel doorverwijzen naar een specialist zoals een psycholoog-seksuoloog, een gynaecoloog of een bekkenbodemtherapeut.
Ontzwangeren
Na de bevalling begint het ontzwangeren. Dit betekent dat je lichaam weer zijn oorspronkelijke staat terugkrijgt. Er vinden grote veranderingen plaats in de hormoonproductie van je lijf. Je lichaam maakt veel minder progesteron en oestrogeen aan en begint meteen na de bevalling met het aanmaken van hormonen die de melkproductie stimuleren en zorgen voor het samentrekken van de baarmoeder.
Je kunt tijdens het ontzwangeren last krijgen van:
- moeheid
- prikkelbaarheid
- concentratieproblemen
- somberheid
- rugpijn
- hoofdpijn
- haaruitval
- onregelmatige of uitblijven van je menstruatie
- je niet fit voelen
Het ontzwangeren duurt meestal zo’n 9 maanden.
Een roze of grijze wolk?
Sommige vrouwen blijven last hebben van klachten als somberheid, moeheid, of prikkelbaarheid. Niet iedereen zit op een roze wolk! Sterker nog, de meeste vrouwen zitten daar niet op of maar eventjes…
Ongeveer 10% van de pas bevallen vrouwen in Nederland krijgt een depressie na de bevalling. Bij 9% van de gevallen zijn de klachten al aanwezig voordat het kindje geboren is.
Zo’n depressie is niet iets om je voor te schamen! Je hoeft je er ook zeker niet schuldig over te voelen!
Symptomen van een postpartum depressie
Veel verschijnselen van een postpartum depressie lijken er misschien bij te horen als je nog niet zo lang geleden bevallen bent. In de eerste 10 dagen na de bevalling hebben veel vrouwen kraamtranen en huildagen (ook wel babyblues genoemd).
Bezorgdheid over of je het allemaal goed hebt gedaan kan er bij horen. Je hormoonhuishouding speelt ook een rol: het ontzwangeren kan wel 9 maanden of langere duren. Ook ben je vaak moe, vaak door slaaptekort.
Maar bij een postpartum depressie worden je klachten zo erg, dat het niet meer lukt om je oudertaken te vervullen of te functioneren.
De symptomen van een postpartum depressie zijn meestal dezelfde klachten als die bij een depressie horen. Het verschil is, dat een postpartum depressie te maken heeft met de zwangerschap of de bevalling.
Veelvoorkomende depressieklachten zijn:
- Je voelt je somber en hebt nergens zin in
- Je voelt je heel erg moe
- Je bent niet blij met de baby
- Je bent overbezorgd
- Je voelt je waardeloos en niet geschikt als ouder
- Je bent snel geprikkeld en huilt heel veel
- Je hebt moeite met concentreren en vergeet dingen
- Je voelt je machteloos, wanhopig en angstig
- Je slaapt slecht
- Je eet te veel of juist te weinig
Postpartum depressie bij partners
We denken bij een postpartum depressie minder snel aan de partners. Maar ook de partner kan tijdens de zwangerschap of na de bevalling een depressie ontwikkelen. Uit steeds meer onderzoek komt naar voren dat wereldwijd 5 tot 10% van de partners een depressie krijgt of heeft rondom de geboorte van een kind. Vaak hebben partners dezelfde depressieklachten als moeders met een postpartum depressie.
Het verschil tussen man en vrouw
Bij mannen ziet een depressie er meestal anders uit dan bij vrouwen. Mannen zeggen minder snel, dat ze somber of verdrietig zijn. Ze uiten zich vaker gefrustreerd, boos of prikkelbaar. Mannen zijn ook eerder geneigd zich in het werk te storten, meer alcohol te drinken of snel geprikkeld te raken.
Wanneer moet je hulp zoeken?
Neem contact op met je huisarts, verloskundige of kraamhulp wanneer je de volgende klachten hebt:
- De depressieklachten worden steeds erger.
- Je raakt in de war en je verliest het contact met de werkelijkheid. Je denkt bijvoorbeeld dat het kind niet van jou is.
- Je bent bang dat je je kind of jezelf iets aandoet.
- Je kunt je baby niet goed verzorgen.
- Je maakt je zorgen over je gezondheid of die van je kind.
Brochure
Onderstaande link geeft toegang tot een brochure over de kraamtijd, met allerhande uitleg en informatie over verschillende onderwerpen, klachten en symptomen in de kraamtijd.
https://deverloskundige.nl/uploads/deverloskundige.nl/knov_client_downloads/117/file/KNOV_clientenfolder_LR.pdf
En in deze link staat een kaart met daarop beschreven bij welke signalen je in ieder geval aan de bel moet trekken.
Tot slot…
De kraamtijd is een heel bijzondere tijd, maar ook een overweldigende tijd. Er is niet alleen een baby geboren, maar ook een moeder en een vader (of moeder). Er komt veel op jullie af en je wilt tegelijkertijd ook genieten van elk klein stapje wat jullie kindje maakt. Probeer je in te lezen in deze periode. Echter kan net als bij een bevalling, ook alles anders lopen tijdens de kraamtijd. Wees je dus bewust van wat jij belangrijk vindt, maar blijf ook meebewegen in hoe het nu eenmaal verloopt.
Heb je vragen?
Heb je vragen of opmerkingen? Dan kun je gerust contact met ons opnemen. Wij proberen je zo goed mogelijk te helpen!
Heb je vragen of wil je een afspraak maken?
Bel ons op: (033) 463 40 99
Verloskundigen Viandenstraat
Hendrik van Viandenstraat 8
3817 AB Amersfoort
E: verloskundigen@viandenstraat.nl
Spoedlijn: (06) 5343 3633
Locatie de nieuwe stad
Oude fabriekstraat 4A
3812 NR Amersfoort
Copyright 2024 • Verloskundigen Viandenstraat • Webdesign & realisatie: StylettoDesign